23 februari 2020. Toespraak F.Toevank bij het V1-monument in Eerbeek.

---------------------------------------------------------------------------------------

September 1944

Ons land was bezet. En die bezetter maakte zich zorgen.

In juni 1944 waren de geallieerde troepen in Normandië geland en ze rukten op naar het Noorden.

En de Duitsers hadden een nieuw wapen in hun strijd: Het was een onbemande vliegende bom, met een forse springlading, die gelanceerd werd vanaf een lange glijbaan. Die V-1's hadden voldoende brandstof om Londen of de havens van Antwerpen te bereiken. Ze vlogen richting Antwerpen op 600 meter hoogte, met die huilende straalmotor, over en langs ons dorp.

Maar vanwege de te snelle productie van die vliegtuigen én de onvolmaakte technieken stortten heel veel van die V-1’s vervroegd neer.

Iedereen wist het: Als je het geluid bleef horen, was er boven je niets aan de hand. Maar bij gestotter en gepruttel van de motor wist iedereen: Zorg voor je veiligheid! Zoek snel een schuilplaats!

 

De Slag om Arnhem mislukte. Maar de Duitsers dwongen de bevolking van de stad Arnhem toch om te evacueren. 100.000 mensen gingen op weg de Veluwe op, in noordelijke en noordwestelijke richting.

Op maandag 26 september 1944 kwamen ze ook hier. Ze hadden veel kleren aan, om zoveel mogelijk kleding mee te nemen. Ze kwamen met fietsen, karretjes en kinderwagens vol bagage met witte vlaggetjes(!) er op, vanaf de Loenenseweg ons dorp binnen.

Deze eindeloze stoet mensen maakte grote indruk op de bewoners van Eerbeek.

Zij meldden zich bij villa De Midden Enk, bij Verenigde Papierfabrieken, het evacuatiebureau.

Er was een evacuatiecommissie, bestaande uit de heren van M.C.Sanders en H.Sanders.

De heer heer M.C.Sanders was door de burgemeester van Brummen aangewezen als hoofd van het bureau.

Bijna alle huizen en boerderijen in ons dorp kregen evacuees. Ook werden ze gehuisvest in de stilgelegde fabrieken en in de lagere school.

Hun eten en drinken werd geregeld door hun gastadres of door opgezette gaarkeukens in de fabriek van Huiskamp& Sanders (bij het station) en in Garage Winkels (later Schotpoort). Onder de evacuees waren natuurlijk ook mensen die zich verdienstelijk konden maken door hun beroep. Een arts, verpleegkundigen, Rode Kruismedewerkers en (oud-)agenten hielpen goed mee.

Mannen hielpen mee op de boerderijen en vrouwen hielpen in de huishouding. En de kinderen speelden.

Er waren gezinnen die compleet waren en gezinnen die verdeeld waren over verschillende adressen.

De school was dicht. De Eerbeekse kinderen hadden er opeens heel veel speelkameraadjes bij.

Er was een noodziekenhuis in Zaal Nijk en een kraamkliniek in de Montessorikleuterschool.

Zo ging Eerbeek met ongeveer 3000 mensen extra, de laatste oorlogswinter in.

Er waren evacuees die het goed hadden getroffen, anderen wat minder.

Maar het heeft in ons dorp niet tot grote spanningen geleid.

Ons dorp was toen veel kleiner dan nu.

Eén straat met klinkers. Een kerk, een school met zeven lokalen op de kruising midden in het dorp.

En rond deze kruising waren enkele wegen met de meeste bebouwing van de kern.

Het was een dorp als in het lied van Wim Sonneveld: Er waren enkele kleine winkels, boerderijen verspreid rond het dorp en een aantal woonhuizen tussen dit gedeelte van het dorp en de kerk.

Aan de andere kant van het spoor was Café Nijk met zaalruimte. Over het spoor nog enkele huizen. Daar achter lagen links en rechts de Eerbeekse Enken met boerderijen, akkers en weilanden. En zo als bekend: Enkele papierfabrieken.

Een deel van de weg van Loenen naar Eerbeek/ of de weg van Eerbeek naar Loenen was verhard.

Er waren zandwegen ván en náár ons dorp en ook er om heen. De Harderwijkerweg was vanaf Dieren nog maar voor een deel “verharde weg”.

En bij Zilven kwamen wegen bij elkaar.

 

75 jaar geleden, halverwege de winter voorbij. Vrijdag 23 februari 1945.

Buitentemperatuur 4’Celsius. Gevoelstemperatuur 1’ Celsius. Af en toe lichte koude regen. Als mensen niet naar buiten hóefden, dan zochten ze werk binnen. Met de kachel aan. Toch waren er wel mensen op straat.

Om 11:00uur kwam de V-1 uit Noordoostelijke richting. Het geluid van de straalmotor stopte en de bom viel precies hier op deze kruising.

Een grote dreun met een oorverdovende klap. De straatklinkers vlogen alle kanten op.

Het was in Eerbeek even zo donker als de nacht, vanwege al het stof en zand.

De luchtdruk deed het verwoestende werk: De panden van bakker Mulder en het postkantoor waren in één klap vernield.

Van een grote boom hier op de kruising vlogen de takken hoog door de lucht en kwamen aan de andere kant van het spoor bij Café Nijk terecht.

Het huis en de winkel van schoenmaker Te Hennepe stortte in en vloog in brand.

Het huis van Tabor leed grote schade en ook de nog bijna nieuwe villa van de familie Sanders was volledig vernield.

Van de lagere school waren vier van de zeven lokalen verwoest: Geen raam of deur was heel en de plafonds waren ingestort. De lagere school werd op deze plek niet herbouwd.

Die ene verwoestende bom in ons centrum kostte 11 Arnhemse evacuees het leven en er raakten 30 mensen gewond. Een aantal zeer zwaar.

Een V-1 maakte geen onderscheid…..

 

De namen van de overleden mannen en vrouwen zijn:

 

- Johan Albert Krudop (61 jaar), Onderlangs 19, Arnhem

- Johannes Jan W. Verweij (24 jaar), Van Pallandstraat 49, Arnhem

- Maria Ada van Maanen-Steerners (37 jaar),Agnietenstraat 63, Arnhem

- Hendrika Elizabeth Willemsen (17 jaar), Javastraat 23, Arnhem

- Everdina Willemsens-Bouwman (26 jaar),Boschstraat 34, Arnhem

- Dirkje Beenen (21 jaar), Klarendalscheweg 514, Arnhem

- Maria Wilhelmina Beenen-Heigenaar (54 jaar),Klarendalscheweg 514, Arnhem

- Hermanus Theodorus Singendonk (53 jaar), West-Peterstraat 40, Arnhem

- Johanna Wilhelmina Jurrius-Terhaerdt (48 jaar), Bandijk L 8, Leuth

- Hermina Hekking-Paanacker (46 jaar) te Arnhem

- Paulus Hekking (22 jaar) te Arnhem